Duurzaam verblijf (vrij personenverkeer)

In het kort

Als je vijf jaar ononderbroken in België verbleven hebt volgens de regels van het vrij personenverkeer, heb je automatisch een duurzaam verblijfsrecht. Je verblijfsrecht is dan onvoorwaardelijk. Je kan een document aanvragen als bewijs van je duurzaam verblijf, maar dat is geen verplichting. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan je je duurzaam verblijfsrecht verliezen. 

Voorwaarden

Je moet vijf jaar ononderbroken in België verblijven volgens de regels van het vrij personenverkeer. In bepaalde gevallen krijgen EU-werknemers en EU-zelfstandigen al vroeger een duurzaam verblijfsrecht.

De termijn van vijf jaar begint te lopen vanaf de datum van je aanvraag van een verklaring van inschrijving. Dat is de datum op je bijlage 19. En dus niet de datum van je papieren bijlage 8ter of elektronische EU kaart. Ben je een onderdaan van een recentelijk toegetreden lidstaat? Dan tellen ook perioden van wettig verblijf in België mee van vóór de toetreding van je land tot de EU, voor zover dat verblijf voldeed aan de voorwaarden van het vrij personenverkeer.

Je verblijf in België kan onderbroken worden. Sommige omstandigheden onderbreken je verblijf niet en hebben dus geen invloed op het ononderbroken karakter:

  • tijdelijke afwezigheden van maximaal zes maanden per jaar
  • afwezigheden van langere duur voor de vervulling van militaire verplichtingen
  • een afwezigheid van maximaal 12 achtereenvolgende maanden om belangrijke redenen, zoals zwangerschap en bevalling, ernstige ziekte, studie of beroepsopleiding
  • uitzending om werkzaamheden te verrichten in het buitenland

Je moet vijf jaar ononderbroken verblijf in België hebben volgens de regels van het Europees vrij personenverkeer. Dat kan een verblijf zijn als EU-werknemer of een andere EU-hoedanigheid. Je kan gedurende die vijf jaar van hoedanigheid wijzigen. Het moet dus niet vijf jaar dezelfde hoedanigheid zijn. 

Soms heb je al vóór vijf jaar een duurzaam verblijfsrecht. Die uitzondering geldt alleen voor EU-werknemers en –zelfstandigen. Maar als je vroeger een andere EU-hoedanigheid had en nadien werk vond, is de uitzondering ook voor jou relevant.

Je hebt als EU-werknemer of –zelfstandige een duurzaam verblijfsrecht zodra je stopt met werken om één van de volgende redenen:

  • Je hebt een blijvende arbeidsongeschiktheid én je valt onder één van de volgende situaties:
    • je hebt twee jaar ononderbroken in België verbleven;
    • de arbeidsongeschiktheid is het gevolg van een arbeidsongeval of een beroepsziekte die recht geeft op een uitkering ten laste van een Belgisch ziekenfonds;
    • je hebt een Belgische echtgenoot of gelijkgestelde partner.
  • Je hebt de wettelijke leeftijd bereikt om aanspraak te maken op een ouderdomspensioenof je treedt als EU-werknemer vervroegd uit dienst én je valt onder één van de volgende situaties:
    • Je werkte minstens de laatste 12 maanden in België en verbleef hier meer dan drie jaar ononderbroken.
    • Je hebt een Belgische echtgenoot of gelijkgestelde partner.

Je hebt ook vóór vijf jaar een recht op duurzaam verblijf, als je:

  • drie jaar ononderbroken in België werkte en verbleef,
  • nadien in een andere lidstaat hebt gewerkt, maar je woning in België hebt behouden,
  • dagelijks, of ten minste eenmaal per week, terugkeert naar je woning.

Als je bepaalde periodes onvrijwillig werkloos was en de bevoegde instanties dat hebben vastgesteld, dan worden die periodes als tijdvakken van werkzaamheid beschouwd. Hetzelfde geldt voor periodes van afwezigheid wegens ziekte of ongeval.

Procedure

Je kan een document aanvragen bij de gemeente dat je duurzaam verblijfsrecht bewijst. De gemeente onderzoekt of je aanvraag ontvankelijk is. DVZ beslist binnen vijf maanden of je recht hebt op een duurzaam verblijf.

Het 'document ter staving van het duurzaam verblijf' (EU+ kaart) is niet verplicht. Je hebt automatisch een duurzaam verblijfsrecht zodra je voldoet aan de voorwaarden, ook als je het document niet aanvraagt. In dat geval blijf je ingeschreven in het vreemdelingenregister en word je niet overgeschreven naar het bevolkingsregister. Als je EU kaart vervalt kan je gewoon een nieuwe vragen (in plaats van de EU+ kaart).

Bij de gemeente kan je een document ter staving van je duurzaam verblijf, aanvragen. Je krijgt dan een bijlage 22: een bewijs van je aanvraag. Bij je aanvraag leg je de bewijzen voor die aantonen dat je voldoet aan de voorwaarden voor een duurzaam verblijfsrecht. Normaal blijkt dat uit het rijksregister. Tenzij je recht hebt op een duurzaam verblijf vóór vijf jaar: dan moet je daarvan het bewijs leveren.

Als je EU kaart vervalt tijdens het onderzoek van je aanvraag, geeft de gemeente een voorlopig verblijfsdocument af in de vorm van een papieren bijlage 8ter. De geldigheid van dat document komt overeen met de resterende termijn die DVZ heeft om over je aanvraag te beslissen. 

De gemeente gaat na of je op het moment van je aanvraag een ononderbroken verblijf hebt van vijf jaar op grond van het vrij personenverkeer. Of een kortere termijn als je valt onder een uitzondering. De gemeente raadpleegt daarvoor het rijksregister en eventuele bewijzen die je voorlegde.

Als je aanvraag ontvankelijk is, stuurt de gemeente je aanvraag door naar DVZ.

Als je aanvraag niet ontvankelijk is, geeft de gemeente een bijlage 23, zonder bevel om het grondgebied te verlaten (BGV). Tegen die beslissing kan je een automatisch schorsend beroep indienen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

Er zijn drie mogelijkheden: ofwel erkent DVZ je duurzaam verblijfsrecht, ofwel neemt het geen beslissing, ofwel weigert DVZ je duurzaam verblijfsrecht.

Welke beslissingen zijn mogelijk?

Als DVZ je duurzaam verblijfsrecht erkent, geeft de gemeente je een elektronische EU+ kaart. De EU+ kaart heeft een geldigheidsduur van 10 jaar.

In afwachting van de EU+ kaart geeft de gemeente een papieren bijlage 8quater. Dat is een voorlopig document als bewijs van je duurzaam verblijf.

De gemeente schrijft je over van het vreemdelingenregister naar het bevolkingsregister. 

Als je een procedure hebt lopen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, wordt de erkenning van het duurzaam verblijfsrecht geschorst in afwachting van een uitspraak.

Neemt DVZ géén beslissing binnen vijf maanden na de datum van je aanvraag? Geen tijdige beslissing staat gelijk aan een erkenning van je duurzaam verblijfsrecht (zie boven). 

Als je niet aan de voorwaarden voldoet, zal de DVZ je duurzaam verblijfsrecht weigeren. De gemeente geeft dan een bijlage 24, zonder bevel om het grondgebied te verlaten (BGV). Tegen die beslissing kan je een automatisch schorsend beroep indienen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).

Einde van je duurzaam verblijfsrecht

Uitzonderlijk kan DVZ een einde maken aan je duurzaam verblijfsrecht. Vooraleer dat kan, moet DVZ je eerst horen. Als je duurzaam verblijfsrecht beëindigd wordt, krijg je een bijlage 21. Tegen die beslissing kan je beroep indienen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen.

(1) Twee jaar afwezigheid

Je kan je duurzaam verblijfsrecht verliezen als je België verlaat voor meer dan twee opeenvolgende jaren.

(2) Openbare orde of nationale veiligheid

De minister kan een einde maken aan je duurzaam verblijfsrecht: 

  • om ernstige redenen van openbare orde of nationale veiligheid;
  • om dwingende redenen van nationale veiligheid:
    • als je de laatste 10 jaar in België verbleef;
    • als je een minderjarige Unieburger bent. Tenzij de beslissing noodzakelijk is in het belang van het kind, zoals bepaald in het Kinderrechtenverdrag.

Een strafrechtelijke veroordeling is op zich geen bewijs van een gevaar voor de openbare orde of nationale veiligheid. Je gedrag moet een werkelijke, actuele en voldoende ernstige bedreiging zijn voor een fundamenteel belang van de samenleving.

(3) Fraude

De minister of DVZ kan je verblijfsrecht retroactief intrekken als je fraude pleegde die bijgedragen heeft tot de erkenning van je duurzaam verblijfsrecht.

Wanneer de minister of DVZ het voornemen heeft om je duurzaam verblijfsrecht te beëindigen of in te trekken, moet hij jou hiervan op de hoogte brengen met een brief en de mogelijkheid bieden om eventuele relevante informatie over te maken. Het gaat om informatie die de beslissing kan verhinderen of beïnvloeden. Heb je belangrijke informatie over je gezondheid of banden met België? Dan meld je dat best in je antwoord, samen met de bewijzen daarvan. Lees meer over de procedure van het hoorrecht en de uitzonderingen.

Daarnaast moet de minister of DVZ altijd rekening houden met de volgende elementen:

  • de duur van je verblijf in België
  • je leeftijd
  • je gezondheidstoestand
  • je gezins- en economische situatie
  • je sociale en culturele integratie in België
  • je banden met het herkomstland

Als de minister of DVZ je duurzaam verblijfsrecht beëindigt geeft de gemeente een bijlage 21, zonder bevel om het grondgebied te verlaten (BGV). De gemeente trekt je EU+ kaart in. Tegen die beslissing kan je een automatisch schorsend beroep indienen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV).