Erkenning van een buitenlandse adoptie

In het kort

Alle erkenningen van buitenlandse adopties gebeuren door de Federale Centrale Autoriteit. Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen adopties die werden uitgesproken in een land dat partij is bij het Verdrag van Den Haag en adopties van landen die daar geen partij bij zijn. 

Als de Belgische verplichte voorbereiding niet gevolgd werd, terwijl dat wel moest, kon de adoptie tot voor kort niet erkend worden. Nu is er een mogelijkheid tot regularisatie. 

Adopties binnen het toepassingsgebied van het Verdrag van Den Haag

Adopties die vallen onder het Verdrag van Den Haag en die conform de daarin voorgeschreven procedure gebeurden, worden van rechtswege erkend in de andere lidstaten. De Federale Centrale Autoriteit gaat enkel na of de adoptie conform de voorgeschreven procedure tot stand kwam én of de adoptie niet manifest tegen de openbare orde is. Bij die laatste beoordeling houdt de Federale Centrale Autoriteit steeds rekening met het belang van het kind. De conformiteit met de procedure moet blijken uit een getuigschrift. Van zodra dat schriftelijk bewijsstuk wordt voorgelegd ontstaat er een vermoeden van conformiteit.

Vanuit het buitenland 

Om de erkenning van een buitenlandse adoptie te vragen, moet je het adoptievonnis en het conformiteitsattest voorleggen aan de ambassade van België. De ambassade gaat de authenticiteit van de documenten na en stuurt een kopie naar de Federale Centrale Autoriteit. De Federale Centrale Autoriteit controleert vervolgens of er geen strijdigheid is met de openbare orde. Als dat niet het geval is, wordt de adoptie erkend en geregistreerd. 

Als de documenten conform de voorziene procedure zijn, levert de ambassade een visum af, of een paspoort indien de geadopteerde de Belgische nationaliteit heeft.

Vanuit België

Als er geen grenscontrole is voor het land waar de geadopteerde zijn gewone verblijfplaats heeft, leg je de adoptie rechtstreeks voor aan de Federale Centrale Autoriteit.

De gevolgen van de erkenning van de adoptie in België zijn dat:

  • de afstammingsband tussen de geadopteerde en de adoptant in België erkend wordt
  • de adoptanten de ouderlijke verantwoordelijkheid voor de geadopteerde dragen
  • de band met de biologische ouders wordt verbroken
    • De band met de biologische ouders wordt als verbroken beschouwd, op voorwaarde dat de adoptie ook dat gevolg had in het land van de adoptie, en er dus sprake was van een ‘volle adoptie’. Als dat niet het geval was en de uitgesproken adoptie was slechts een ‘gewone adoptie’, dan heeft de adoptie ook in België slechts de gevolgen van een gewone adoptie. In dat geval kan je eventueel in België de omzetting vragen naar een volle adoptie.

Adopties buiten het toepassingsgebied van het Verdrag van Den Haag

Adopties die buiten het toepassingsgebied van het Verdrag van Den Haag vallen worden in België erkend volgens de regels van het Wetboek IPR (artikel 72 Wetboek IPR).
Concreet is dat het geval voor adopties die werden uitgesproken in een land dat geen partij was bij het Verdrag van Den Haag, en ook alle adopties van meerderjarigen.
Het Wetboek IPR verwijst voor de erkenning van buitenlandse adopties expliciet naar het Belgisch Burgerlijk Wetboek, meer bepaald naar de artikelen 365-1 e.v. van het Burgerlijk Wetboek.

  • De adoptie moet uitgesproken zijn door de bevoegde autoriteit, overeenkomstig de in het van land herkomst voorziene procedure en vormvoorschriften.
  • Het adoptievonnis moet kracht van gewijsde hebben.
  • Voor de interlandelijke overbrenging van kinderen wordt verwezen naar dezelfde procedure als degene die je moet volgen als je een interlandelijke procedure in België volgt. Dat wil zeggen dat je ook in dit geval de verplichte voorbereiding moet volgen en een geschiktheidsvonnis van de rechtbank moet verkrijgen. 
  • Er mag geen sprake zijn van fraude of wetsontduiking
  • De adoptie mag niet plaatsvinden met het oog op het ontwijken van de verblijfswetgeving of de nationaliteitswetgeving. Zogenaamde schijnadopties worden niet erkend.
  • De adoptie mag niet manifest tegen de openbare orde zijn, rekening houdend met het hoger belang van het kind.
  • De basisvereisten van interlandelijke overbrenging moeten worden gerespecteerd (zoals bepaald in art. 362-2  t.e.m. 362-4 BW). Dat betekent onder andere dat er een maatschappelijk onderzoek en geschiktheidsvonnis moet zijn in België en dat de vereiste toestemmingen werden gegeven. 

Als er een grenscontrole is voor het land waar de geadopteerde verblijft, moet je de erkenning van de adoptie voorleggen aan de ambassade of de Federale Centrale Autoriteit. De ambassade levert het paspoort en/of het visum af.

Als er geen grenscontrole is, moet je de erkenning rechtsreeks aan de Federale Centrale Autoriteit vragen.

Bij je aanvraag leg je de vereiste documenten voor. 

Na de erkenning en registratie van de adoptie door de Federale Centrale Autoriteit kan je de adoptie aanbieden bij de gemeente, zie ze vervolgens kan registreren. 

Tegen een negatieve beslissing van de Federale Centrale Autoriteit kan je beroep instellen bij de familierechtbank van Brussel, binnen een termijn van 60 dagen.

Bij de aanvraag tot erkenning moet je de volgende documenten voorleggen:

  • de adoptiebeslissing of de adoptieakte 
  • een document waarin bevestigd wordt dat de adoptiebeslissing definitief is 
  • de oorspronkelijke geboorteakte van de geadopteerde 
  • een bewijs van gewone verblijfplaats van de geadopteerde 
  • een document waarin de identiteit is vermeld van de biologische moeder en vader van het kind, ingeval dat gekend is en mag worden meegedeeld, of bij gebreke daarvan de identiteit en de hoedanigheid van de persoon die het kind tijdens de buitenlandse adoptieprocedure heeft vertegenwoordigd alsook, in voorkomend geval, het bewijs dat zij, evenals het kind in de adoptie hebben toegestemd, tenzij dat formeel blijkt uit de buitenlandse beslissing of akte 
  • het attest van de buitenlandse erkende adoptiedienst die bemiddeld heeft in de adoptieprocedure 
  • een kopie van het paspoort van de geadopteerde en de adoptant
  • een bewijs van woonst en nationaliteit van de adoptant 
  • een bewijs van gezinssamenstelling 
  • een uittreksel uit het strafregister model 2, minder dan 3 maanden oud, of een buitenlands equivalent 
  • de verklaring van keuze van naam en voorna(a)men (in voorkomend geval)

Regularisatie van adopties zonder verplichte voorbereiding

Zelfstandige adopties, waarbij niet Kind en Gezin, maar een buitenlandse organisatie de adoptie-ouders aan een bepaald kind koppelt, zijn enkel mogelijk na het volgen van de verplichte voorbereiding bij Kind en Gezin (of de bevoegde autoriteit van een andere gemeenschap) en een geschiktheidsvonnis door de Jeugdrechtbank. Bij gebrek daaraan kon de internationale adoptie niet erkend worden.

Sinds de inwerkingtreding van de wet van 11 april 2012 wordt er een mogelijkheid geboden om buitenlandse adoptiebeslissingen die tot stand kwamen zonder de verplichte voorbereiding en zonder het geschiktheidsvonnis, alsnog te regulariseren. De voorbereiding en het geschiktheidsvonnis moeten dan alsnog nadien verkregen worden.

Het gaat om buitenlandse adopties waarbij de adoptanten hun gewone verblijfplaats in België hebben, en de geadopteerde zijn verblijfplaats in het buitenland. Het moet wel gaan om intrafamiliale adoptie of adoptie van een kind dat de adoptanten al kenden en waarmee ze samenwoonden.

De wetgever wil daarmee tegemoet komen aan situaties waar mensen ter goeder trouw zijn overgegaan tot een adoptie in het buitenland en nadien worden geconfronteerd met de niet-erkenning.

De nieuwe bepaling onderwerpt de regularisatie aan 5 strikte voorwaarden:

  • Er mag geen sprake zijn van wetsontduiking.
  • Het kind moet verwant zijn, tot de 4de graad, met de adoptant, zijn echtgenoot of de persoon met wie hij samenwoont, of het kind moet het dagelijkse leven op duurzame wijze gedeeld hebben met de adoptant of adoptanten in een relatie zoals geldt voor ouders alvorens de adoptant enige stappen met het oog op de adoptie heeft ondernomen.
  • Het kind mag geen andere duurzame oplossing van familiale opvang hebben (niet van toepassing indien het gaat om het kind van de echtgenoot van de adoptant of de persoon met wie hij samenwoont).
  • De gewone erkenningsvoorwaarden zijn van toepassing (verplichte voorbereiding, geschiktheidsvonnis, …).
  • De bevoegde centrale autoriteit van de gemeenschap geeft een met redenen omkleed advies. 

Als die 5 voorwaarden voldaan zijn, kan de Federale Centrale Autoriteit de adoptanten toestemming geven om de voorbereiding te volgen en zich tot de jeugdrechtbank te wenden om een geschiktheidsvonnis te verkrijgen. Eens er een zo'n vonnis is, kan dezelfde Federale Centrale Autoriteit zich vervolgens uitspreken over de erkenning van de vooraf bekomen buitenlandse adoptiebeslissing.

Opmaak Belgische akte van adoptie en opname buitenlandse geboorteakte in de DABS

Als de Federale Centrale Autoriteit de buitenlandse adoptie erkend heeft, wordt er een Belgische akte van adoptie opgemaakt (367 - 2 BW). Na erkenning wordt ook de buitenlandse geboorteakte van de geadopteerde opgenomen in de DABS, ongeacht de nationaliteit van de geadopteerde (art. 368 -1 § 1 BW).

De ambtenaar speelt zelf geen enkele rol in de beoordeling van de buitenlandse adoptiebeslissing, net zomin als in de beoordeling van de buitenlandse geboorteakte van de geadopteerde. Enkel de Federale Centrale Autoriteit adoptie van de FOD Justitie is bevoegd om een buitenlandse adoptie, en de bijhorende geboorteakte, te beoordelen. De Federale Centrale Autoriteit stuurt zelf alle gegevens door naar de bevoegde ambtenaar wanneer een buitenlandse adoptie wordt erkend.