De regels van het internationaal privaatrecht (IPR) zijn niet in alle landen gelijk.
Terwijl de regels van het ene land voor een bepaalde vraag verwijzen naar de nationaliteit van de belanghebbende, kunnen de regels van een ander land verwijzen naar de woonplaats van dezelfde belanghebbende.
Bijvoorbeeld:
Wanneer een Deen in België woont, bepalen de Belgische IPR-regels dat het Deense recht van toepassing is op zijn staat en bekwaamheid (= nationaliteit als aanknopingsfactor). Terwijl de Deense IPR-regels bepalen dat het Belgische recht erop van toepassing is (= woonplaats als aanknopingsfactor).
Herverwijzing houdt in dat men rekening houdt met de IPR-regels van een ander land. In ons voorbeeld betekent dit dat men in België de Deense IPR-regels laat gelden en dus het Belgische recht toepast.
Het Wetboek IPR sluit echter dergelijke herverwijzingen uit, behalve in een aantal gevallen. Zie artikel 16 Wetboek IPR. Zo zijn er, wat familieaangelegenheden betreft, de uitzonderingen over de staat en bekwaamheid (artikel 34 § 1 Wetboek IPR) en over de vererving van onroerende goederen (artikel 78 § 2 Wetboek IPR).