Raad voor Vreemdelingenbetwistingen - 165.957 - 15-04-2016

Samenvatting

Artikel 17 §1 van het Koninklijk besluit van 11 juli 2003 tot regeling van de werking van en de rechtspleging voor het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen bepaalt: “De notities van het gehoor zijn een trouwe weergave van de aan de asielzoeker gestelde vragen evenals van zijn verklaringen.”
 
De notities van het gehoor zijn niet alleen dienstig voor de ambtenaar van het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen om de beslissing te redigeren. Deze notities zijn in voorkomend geval ook essentiële stukken voor andere personen die in hun hoedanigheid (advocaat, rechter van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, Staatsraad, vertegenwoordiger UNHCR, …) kennis moeten nemen van de asielmotieven en het relaas dat eraan ten grondslag ligt. De notities dienen derhalve zorgvuldig te worden opgesteld zodat de inhoud van de vragen en antwoorden voor elke bevoegde persoon duidelijk is.
 
Verzoeker voert aan: “Ten eerste is het verslag minstens op formeel/stilistisch vlak niet zorgvuldig opgesteld. Op het eerste zicht hoeft dit niet problematisch te zijn of automatisch te leiden tot een gebrekkig dossier, echter in casu tast dit de goede leesbaarheid en werkbaarheid van het dossier aan, in die zin dat de stilistische gebreken verhinderen dat het feitenrelaas van verzoeker voldoende zeker gereconstrueerd kan worden en bijgevolg onvoldoende tot basis kan dienen voor het maken van een danig belangrijke beslissing. Er wordt immers geen gebruik gemaakt van degelijke interpunctie, noch van grammaticaal correcte volzinnen. Het is niet steeds duidelijk wat of wie precies het onderwerp van de zin is, hetgeen nochtans essentieel is in een gesprek dat in eerste plaats handelt over het vertellen van een relaas, waarbij veel verschillende personages en belangrijke details aan bod komen. Indien niet duidelijk is in het gehoorverslag, naar wie of wat concreet verwezen werd tijdens het gesprek, kan onmogelijk een correcte reconstructie gebeuren van het relaas op basis van dit verslag.”
 
Verzoeker wordt in deze gevolgd door de Raad.
 
Het is voor de Raad onmogelijk om de veelheid aan onbegrijpelijke zinsconstructies (onder meer  door het gebrek aan degelijke interpunctie) te interpreteren zodat hij de inhoud zoals bedoeld door verzoekende partij kan duiden en afdoende beoordelen.