Toepasselijk recht onderhoudsverplichtingen

In het kort

Sinds 18 juni 2011 wijst het Haags Protocol van 23 november 2007 het toepasselijk recht aan voor onderhoudsvorderingen.

Het Haags Protocol is van toepassing op onderhoudsvorderingen die voortvloeien uit een familierelatie, ouderschap, huwelijk of verwantschap, inclusief de onderhoudsvordering van een kind (artikel 1 Haags Protocol).

Het Haags Protocol heeft een universele toepassing en wijst het toepasselijk recht aan, ongeacht of het aangewezen recht het recht is van een verdragsstaat (artikel 2 Haags Protocol). De regels uit het Wetboek IPR hebben dus hun praktische toepassing verloren wat betreft het toepasselijk recht op onderhoudsverplichtingen. 

Wat bepaalt het toepasselijk recht precies?

Volgens artikel 11 Haags Protocol bepaalt het toepasselijk recht de volgende zaken: 

  • in welke mate de onderhoudsgerechtigde onderhoud kan vorderen
  • in welke mate de onderhoudsgerechtigde retroactief onderhoud kan vorderen
  • de manier van berekenen van het onderhoudsbedrag
  • wie de vordering tot onderhoud kan instellen
  • binnen welke termijn een onderhoudsvordering moet worden ingesteld
  • of het onderhoud kan worden gewijzigd en indien ja, onder welke voorwaarden
  • wanneer de onderhoudsverplichting eindigt
  • de grenzen van de verplichtingen van de onderhoudsplichtige om iemand anders, die aan de onderhoudsgerechtigde onderhoud heeft betaald, terug te betalen

Welk recht is van toepassing volgens het Haags Protocol?

Algemene regel 

De algemene regel is dat het recht van de gewone verblijfplaats van de onderhoudsgerechtigde van toepassing is (artikel 3 Haags Protocol).

Uitzonderingen

Op de algemene regel gelden een aantal uitzonderingen: 

  • Het recht van de gewone verblijfplaats van de onderhoudsgerechtigde is niet van toepassing als het gaat om een onderhoudsvordering tussen (ex-)partners en 
    • één van de partijen bezwaar heeft tegen de toepassing van dat recht en 
    • een ander recht een nauwere band heeft met de relatie (artikel 5 Haags Protocol).
  • Als het gaat om een onderhoudsvordering ten aanzien van een kind, anders dan voortvloeiend uit een ouderschapsrelatie, kan de onderhoudsverschuldigde de onderhoudsvordering betwisten op grond van het feit dat de onderhoudsverplichting niet voortvloeit uit het recht van zijn gewone verblijfplaats of uit het recht van de gemeenschappelijke nationaliteit van de partijen (artikel 6 Haags Protocol). 
  • Meerderjarige partijen kunnen het toepasselijk recht aanwijzen in een overeenkomst. Hun keuze is beperkt tot het recht: 
    • waarvan één van hen de nationaliteit heeft, of
    • het recht van de staat waar één van hen zijn of haar gewone verblijfplaats heeft, of
    • het recht dat toepasselijk is op hun huwelijksvermogensregime of echtscheidingsprocedure. (artikel 8 Haags Protocol)

Bijzondere regels

Als de onderhoudsvordering uitgaat van ouders ten aanzien van hun kinderen, van kinderen ten aanzien van hun ouders of van personen ten aanzien van personen die niet hun kinderen zijn maar wel jonger dan 21 jaar zijn, dan gelden bijzondere regels:

  • Als de onderhoudsgerechtigde geen onderhoudsvordering kan verkrijgen volgens het recht van zijn gewone verblijfplaats, dan is het recht van het forum van toepassing.
  • Als de onderhoudsgerechtigde de vordering heeft ingesteld in de lidstaat waar de onderhoudsverschuldigde zijn gewone verblijfplaats heeft, dan is het recht van het forum van toepassing als de onderhoudsgerechtigde de vordering heeft ingesteld in de lidstaat waar de onderhoudsverschuldigde zijn gewone verblijfplaats heeft. Als de onderhoudsgerechtigde volgens dat recht geen aanspraak kan maken op een onderhoudsuitkering, dan is alsnog het recht van de gewone verblijfplaats van de onderhoudsgerechtigde van toepassing.
  • Als de onnderhoudsgerechtigde in geen van bovengenomede situaties aanspraak kan maken op een onderhoudsvordering, dan is het recht van hun gemeenschappelijke nationaliteit van toepassing (artikel 4 Haags Protocol).