Procedure humanitaire regularisatie (9bis)

In het kort

De procedure voor humanitaire regularisatie gaat van start bij de gemeente. Je kan de procedure instellen vanuit wettig of onwettig verblijf. De gemeente stuurt je aanvraag door naar de Dienst Vreemdelingenzaken. Die beslist discretionair. De procedure heeft geen wettelijke termijn. In afwachting van de beslissing ontvang je geen verblijfsrecht. 

Overzicht procedure

Je kan je aanvraag indienen tijdens een wettig of onwettig verblijf in België. De procedure verloopt in principe volledig schriftelijk en in één van de drie landstalen (Nederlands, Frans of Duits).

Je betaalt de retributie die je verschuldigd bent. Je voegt een betalingsbewijs bij je aanvraag in. 

Je moet je aanvraag ter attentie van de burgemeester van de gemeente van je feitelijke verblijfplaats indienen. Doe je dit niet? Dan neemt de gemeente je aanvraag niet in overweging. 

Je verzendt je aanvraag best per aangetekende brief. Dit om bewijsproblemen te vermijden. 

Je kan de aanvraag zelf ondertekenen. Elke meerderjarige persoon die de aanvraag (mee) indient, moet ondertekenen. Je kan je aanvraag ook laten ondertekenen door je advocaat. Andere derde personen mogen je aanvraag niet ondertekenen. 

Zoals hierboven gesteld ben je in principe vrij om een landstaal te kiezen. Had je echter 6 maanden voor je 9bis-aanvraag nog een asielprocedure lopen? Dan behandelt DVZ je aanvraag tot regularisatie in dezelfde taal als degene waarin de asielprocedure verliep (Nederlands of Frans). Er staat geen sanctie op een 9bis-aanvraag in een andere landstaal dan die van je asielprocedure. DVZ beslist wel in de taal van je asielprocedure. 

Geen parallelle aanvragen 9bis 

Parallelle aanvragen 9bis zijn sinds 1 maart 2016 niet meer mogelijk. Indien een aanvraag om machtiging tot verblijf op basis van artikel 9bis Vw hangende is en een nieuwe aanvraag op basis van de dezelfde rechtsgrond wordt ingediend, zal de DVZ enkel de laatste aanvraag beoordelen. De betrokkene wordt geacht afstand te doen van de eerste aanvraag. De bedoeling hiervan is dat de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) enkel moet oordelen over de meest recente, actuele gegevens.

Dit betekent dat het belangrijk is om bij elke nieuwe aanvraag steeds alle relevante elementen aan te brengen. Ook wanneer deze elementen al bij een eerdere aanvraag werden voorgelegd. De indiener wordt immers geacht afstand te hebben gedaan van de elementen die werden aangehaald in de eerdere aanvraag, als deze niet herhaald worden in de nieuwe aanvraag.

Als je de aanvraag indient, voert de gemeente eerst een woonstcontrole uit. De gemeente kan je aanvraag alleen behandelen als je werkelijk op het grondgebied van de gemeente verblijft. Anders is de gemeente niet bevoegd en in dat geval weigert de gemeente je aanvraag.

Gemeenteambtenaren of de lokale politie, vaak de wijkagent, controleren of je werkelijk verblijft op het opgegeven adres.

De gemeente moet de woonstcontrole uitvoeren binnen 10 dagen na de aanvraag.

In de praktijk duurt het in sommige gemeenten langer, tot veel langer. In dat geval neem je best zelf contact op met de gemeente voor een stand van zaken. DVZ kan de gemeente voor die nalatigheid niet sanctioneren: de gewesten, niet de federale overheid, oefenen toezicht uit op de gemeenten.

Bij een negatieve woonstcontrole weigert de gemeente je aanvraag. Je ontvangt dan een bijlage 2 bij de omzendbrief van 21 juni 2007. De gemeente neemt je aanvraag 'niet in overweging'. De gemeente stuurt je aanvraag niet door naar de DVZ en je dossier wordt dan ook niet onderzocht door de DVZ.

De gemeente moet de bijlage 2 betekenen, dat wil zeggen officieel aan jou overmaken op het adres dat je opgaf in je aanvraag.

Je kan in beroep gaan bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) tegen de beslissing van de gemeente om je aanvraag niet in overweging te nemen. Je kan een annulatieberoep instellen dat geen automatisch schorsende werking heeft. Je kan ook een schorsingsberoep in hetzelfde verzoekschrift indienen. Een beroep kan bijvoorbeeld als de gemeente de woonstcontrole niet behoorlijk heeft uitgevoerd of onwettelijke voorwaarden heeft gesteld. De gemeente moet alleen nagaan of je je feitelijk op haar grondgebied bevindt. De gemeente moet de nodige inspanningen doen om die feitelijke situatie te achterhalen. De woonstcontrole dient dus niet om na te gaan of je op dat adres kan ingeschreven worden in het vreemdelingenregister, of je een werkelijk gezin vormt met andere inwoners of dergelijke. De gemeente kan bijvoorbeeld niet eisen dat er een schriftelijk huurcontract is (Raad voor Vreemdelingenbetwistingen 19 juni 2009, nr. 28893).

Bij een positieve woonstcontrole, dus als je op het opgegeven adres verblijft, ontvang je een ontvangstbewijs van de gemeente. Dit is de bijlage 3 bij de omzendbrief van 21 juni 2007. Op die bijlage moet de datum van indiening van je aanvraag staan, niet de datum van de woonstcontrole of de afgifte van het ontvangstbewijs. Opgelet! De bijlage 3 is een proceduredocument en géén verblijfsdocument.

De gemeente moet de 9bis-aanvraag zo snel mogelijk doorsturen naar de DVZ. De gemeente moet daarbij ook een kopie van de bijlage 3 en van het verslag van de woonstcontrole naar de DVZ sturen.

Als de DVZ geen verslag van de woonstcontrole ontvangt, dan stuurt de DVZ de aanvraag terug naar de gemeente met de vraag om het verblijfsadres te controleren en de aanvraag daarna samen met het verslag van de woonstcontrole op te sturen.

De gemeente kan een advies over de regularisatieaanvraag overmaken aan de DVZ. De gemeente kan niet weigeren om een aanvraag naar DVZ door te sturen, tenzij je niet feitelijk op haar grondgebied verblijft.

DVZ verwerkt alle aanvragen elektronisch. De documenten worden ingescand in een elektronisch dossier. Hou daarom rekening met een administratieve verwerkingstijd.

Adreswijziging en nieuwe elementen melden

Je moet een adreswijziging altijd melden. Je meldt de adreswijziging bij:

  • de gemeente van indiening
  • DVZ

Nieuwe elementen kunnen zowel nieuwe feiten, gegevens als documenten zijn.

Als je een nieuw element tijdens de procedure hebt, dan meld je dat aan DVZ. DVZ beoordeelt de aanvraag op het moment van haar beslissing, op basis van alle elementen die haar dan bekend zijn.

Nieuwe elementen kan je ter aanvulling van het dossier melden bij:

DVZ behandelt in principe eerst de oudste aanvragen.

Soms krijgen nieuwe dossiers toch voorrang:

  • bij een bijzondere medische of humanitaire problematiek
  • na een gerechtelijke beslissing
  • bij opsluiting in afwachting van repatriëring
  • bij asielzoekers in opvang (instructie van Fedasil van 17 september 2010)

Ook de regularisatieaanvraag van een ouder van een derdelands legaal verblijvend kind kan sneller worden behandeld. In 2022 creëerde DVZ een speciaal e-mailadres om deze specifieke dossiers te signaleren met het oog op een prioritaire behandeling. De aanvrager of diens advocaat of hulpverlener kan dit type aanvraag best signaleren aan DVZ nadat het dossier door de gemeente aan DVZ is overgemaakt. Voor Nederlandstalige dossiers is dit mailadres dex.9bisOLK@ibz.fgov.be en voor Franstalige dossiers is dit mailadres dex.9bisAEL@ibz.fgov.be.

DVZ (of de minister/staatssecretaris) kent je aanvraag toe. Je aanvraag is ontvankelijk en gegrond.

Een positieve regularisatiebeslissing (9bis) is een ‘machtiging tot verblijf’ voor meer dan drie maanden.

Deze verblijfsmachtiging kan voor een beperkte duur, of voor een onbeperkte duur zijn. In de praktijk kent DVZ sinds 2013 enkel tijdelijke regularisaties toe, voor een verblijf van beperkte duur (A-kaart). Lees meer over je verblijf na een machtiging

De gemeente of DVZ kunnen om verschillende redenen een negatief gevolg geven aan je aanvraag. Lees meer over de mogelijke negatieve beslissingen

Als DVZ een negatieve beslissing neemt, moet DVZ de redenen van weigering vermelden en motiveren. DVZ kan gelijktijdig een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV) afgeven, als er geen andere basis voor een wettig verblijf is. 

Als DVZ (of de minister/staatssecretaris, of de gemeente) je 9bis aanvraag afwijst, kan je beroep instellen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV). Als DVZ gelijktijdig met of een tijd na de 9bis afwijzing een BGV aflevert, stel je best een beroep in zowel tegen de 9bis afwijzingsbeslissing als tegen het BGV.

Lees meer over het annulatie- en schorsingsberoep bij de RvV

Als de RvV de 9bis beslissing annuleert, moet de bevoegde overheid een nieuwe 9bis-beslissing nemen over je originele aanvraag. Je moet geen nieuwe 9bis-aanvraag indienen.

Je kan wel nieuwe elementen of nieuwe bewijzen voor je humanitaire regularisatie aan DVZ bezorgen. DVZ moet rekening houden met alle elementen die je hebt bezorgd voor zijn beslissing.

Lees hoe je nieuwe elementen voor een 9bis beslissing aan DVZ bezorgt.

De overheid moet in zijn nieuwe 9bis beslissing rekening houden met het RvV arrest, maar dat garandeert geen positieve beslissing. Het kan ook opnieuw een negatieve beslissing zijn met een andere motivatie.

Documenten

Je aanvraag moet een aantal verplichte documenten bevatten:
  • kopie van je identiteitsdocument, of motivering waarom je daarvan vrijgesteld bent. Dat is een ontvankelijkheidsvoorwaarde.
  • bewijs van buitengewone omstandigheden waarom je onmogelijk of bijzonder moeilijk een verblijfsaanvraag kan indienen vanuit je land van herkomst of vanuit een ander land waar je wettelijk mag verblijven. Dat is een ontvankelijkheidsvoorwaarde.
  • betalingsbewijs van 343 euro bijdrage in administratieve kosten, per persoon van 18 jaar of ouder die de 9bis aanvraag (mee) indient. Dat is een ontvankelijkheidsvoorwaarde.
  • bewijzen voor alle argumenten waarom je regularisatie vraagt.

Krijg je een verblijfsrecht in afwachting van een beslissing?

Principe: geen verblijfsrecht

Als je illegaal op het grondgebied verblijft en je dient een aanvraag in, dan krijg je geen verblijfsrecht in afwachting van een beslissing in je dossier.

Garanties tegen uitwijzing 

Na indiening van je aanvraag, mag de DVZ je niet zomaar uitwijzen, een BGV afleveren, of je opsluiten voor repatriëring. De DVZ moet eerst nagaan welke elementen en argumenten je inroept (zie RvS nr 196.577 van 1 oktober 2009en nr 198.507 van 3 december 2009).

9bis als rechtsmiddel tegen een verwijderingsmaatregel?

De procedure van humanitaire regularisatie (9bis) is geen rechtsmiddel tegen een verwijderingsmaatregel, zoals een BGV.

Essentiële gegevens 9bis-aanvraag

Een aantal gegevens zijn essentieel voor een 9bis-aanvraag:
  • de identiteit van alle personen van je gezin voor wie je regularisatie vraagt (naam en voornaam, geboorteplaats en -datum, nationaliteit, burgerlijke stand): je moet de identiteit bewijzen met bepaalde documenten, of motiveren waarom je daarvan vrijgesteld bent
  • je feitelijke verblijfplaats in België
  • de buitengewone omstandigheden waarom het onmogelijk of bijzonder moeilijk is om een verblijfsaanvraag in te dienen vanuit je land van herkomst of vanuit een ander land waar je wettelijk verblijft: je moet dit motiveren en bewijzen
  • nieuwe elementen ten opzichte van je vorige aanvraag
  • een betalingsbewijs van 343 euro bijdrage in administratieve kosten, per persoon van 18 jaar of ouder die de 9bis aanvraag (mee) indient
  • je gekozen woonplaats. Dat is het adres waar je wil dat de beslissing gemeld wordt. Bijvoorbeeld het adres van je advocaat, of je eigen feitelijke verblijfplaats.
  • je dossiernummer bij DVZ, als je er een dossier hebt
  • je verzoek om een verblijfsmachtiging te krijgen op basis van artikel 9bis Verblijfswet
  • je verzoek aan de burgemeester om je aanvraag door te sturen naar de DVZ
  • de redenen waarom je meer dan 3 maanden in België wil blijven: je moet dit motiveren en bewijzen
  • bewijzen, documenten, stukken, getuigenissen voor alle argumenten waarom je regularisatie vraagt 

Soorten negatieve beslissingen

DVZ kan gelijktijdig met de negatieve beslissing een 'BGV' (bevel om het grondgebied te verlaten) afgeven, als er geen andere basis voor een wettig verblijf is.

Als DVZ een negatieve beslissing neemt, moet DVZ de redenen van weigering vermelden en motiveren.

De gemeente kan je 9bis aanvraag afwijzen omdat je niet feitelijk op hun grondgebied verblijft. De gemeente neemt je aanvraag dan ‘niet in overweging’.

  • De gemeente of DVZ kan je 9bis aanvraag afwijzen omdat je geen betalingsbewijs overmaakte van bijdrage in administratieve kosten, per persoon van 18 jaar of ouder die de 9bis aanvraag (mee) indient. De gemeente of DVZ verklaart je aanvraag dan onontvankelijk.

DVZ (of de minister/staatssecretaris) kan je aanvraag afwijzen omdat je aanvraag onontvankelijk is, of ongegrond is, of zonder voorwerp is.

Je 9bis aanvraag is onontvankelijk als:

  • je geen identiteitsdocumenten hebt voorgelegd, en je geen voldoende motivering hebt gegeven waarom dat onmogelijk is,  en je ook niet vrijgesteld bent wegens lopende asielprocedure of -beroep
  • je geen buitengewone omstandigheden voor een aanvraag in België hebt aangetoond
  • je geen nieuwe elementen hebt tegenover een vorige aanvraag
  • je geen betalingsbewijs overmaakte van de bijdrage in administratieve kosten, per persoon van 18 jaar of ouder die de 9bis-aanvraag (mee) indient.

Als je 9bis aanvraag wel ontvankelijk is, kan DVZ je aanvraag nog afwijzen omdat ze ongegrond is. DVZ wijst dan je argumenten ten gronde af.

Als je op het moment dat DVZ beslist over je 9bis aanvraag al een definitieve verblijfsvergunning hebt, of als je overleden bent, dan verklaart DVZ je 9bis aanvraag 'zonder voorwerp'.

Als je een nieuwe aanvraag om machtiging tot verblijf op basis van artikel 9bis Vw. indient, terwijl een eerdere aanvraag op basis van dezelfde rechtsgrond hangende is, zal de DVZ enkel de laatste aanvraag in behandeling nemen. De betrokkene wordt geacht afstand gedaan te hebben van de eerdere aanvraag.