Verblijfsrecht onbeperkte duur (B kaart)

Wanneer maak je aanspraak op een B kaart?

Als je als derdelander een verblijfsprocedure doorloopt, dan krijg je vaak eerst een beperkt of voorwaardelijk verblijf.

Na een bepaalde periode krijg je een verblijf van onbeperkte duur. Voor sommige verblijfsprocedures is de duur van deze periode wettelijk bepaald, voor andere verblijfsprocedures zijn er geen wettelijke bepalingen. Als er geen wettelijke bepalingen zijn die voorschrijven wanneer een verblijf van onbeperkte duur moet worden toegekend, heeft de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) een discretionaire bevoegdheid.

De termijn is wettelijk bepaald

Heel wat personen krijgen na vijf jaar voorwaardelijk verblijf een verblijf van onbeperkte duur. Concreet gaat het om volgende personen:

  • Familielid van derdelander met onbeperkt verblijf (art. 13 Verblijfswet)
    • De periode van vijf jaar begint te lopen vanaf de afgifte van de eerste A kaart.
  • Erkend vluchteling of vreemdeling met statuut van subsidiaire bescherming (art. 13 Verblijfswet)
    • De periode van vijf jaar begint te lopen vanaf het indienen van het verzoek om internationale bescherming (vanaf de afgifte van de bijlage 25 of 26),
  • Arbeidsmigrant na vijf jaar tewerkstelling met een gecombineerde vergunning (61/25-6, § 4 Verblijfswet)
    • De periode van vijf jaar begint te lopen vanaf de afgifte van de eerste verblijfskaart (bijv. A kaart)
  • Vreemdeling met medische regularisatie (9ter) (art. 13 Verblijfswet)
    • De periode van vijf jaar begint te lopen vanaf de aanvraag tot medische regularisatie.
  • Langdurig ingezetene met tweede verblijf in België (art. 61/7, §6 Verblijfswet)
    • De periode van vijf jaar begint te lopen vanaf de afgifte van de L kaart.

Ook familieleden van een Belg of Unieburger hebben recht op een onbeperkt en onvoorwaardelijk verblijfsrecht na vijf jaar. In deze gevallen wordt echter een F+ kaart afgeleverd en geen B kaart.

De termijn is niet wettelijk bepaald: DVZ beslist discretionair

DVZ geeft ten vroegste na vijf jaar vanaf de afgifte van de eerste verblijfskaart een verblijf van onbeperkte duur.

  • Slachtoffer mensenhandel en mensensmokkel
  • Vreemdeling met humanitaire regularisatie (9bis)
  • Personen die op basis van artikel 9 lid 2 Verblijfswet een verblijfsmachtiging kregen
  • Niet-begeleide minderjarige vreemdeling die ondertussen meerderjarig is geworden
    • Opgelet! Een niet-begeleide minderjarige vreemdeling die nog minderjarig is én al minstens drie jaar in het bezit is van een elektronische A kaart, krijgt een verblijfsrecht van onbeperkte duur en heeft recht op een elektronische B kaart. De minister kan echter beslissen om toch geen verblijfsrecht van onbeperkte duur toe te kennen. Deze beslissing moet goed worden gemotiveerd. (Zie art. 61/23 Verblijfswet)
  • Arbeidsmigrant na minimum vijf jaar tewerkstelling die niet (volledig) onder een gecombineerde vergunning viel (bv. drie jaar met een arbeidskaart B en twee jaar met een gecombineerde vergunning)

Bekijk hier een voorbeeld van een B kaart.

Meer info